Ook deze expeditie werd begeleid door Seacat en dezelfde busjes pikten ons op aan de kade. Onderweg stopten we op verschillende plaatsen om typische, Dominicaanse ingrediĆ«nten te proeven. Sommigen groeiden gewoon langs de kant, zoals cashewnoten, laurierbladeren (niet om op te eten) en verschillende vruchten. Anderen moesten even gehaald worden op de markt, bijv. de hele bittere chocolade (100% cacao), die hier gebruikt wordt voor thee, warme broodjes van ‘Manny’s bakery’ en ook zoete Dutch Lady melk! Al deze producten gingen we ook gebruiken voor het koken bij de Rastafari’s. Eenmaal daar aangekomen gingen we meteen aan de slag. Suikerriet moest worden gekapt, geschild, gewassen en geperst en Sascha, een rastameisje van acht vertelde ons uitgebreid over de kippen. Ze eten alleen de witte kippen en ook alleen op feestdagen. De rest van het jaar zijn ze vegetariĆ«r. Toen het suikerriet verwerkt was tot suikersap daalden we af richting de watervallen. Allemaal met onze mooie Teva’s en knalgele, sneldrogende shirts aan! We moesten 7 keer de rivier oversteken, steppingstones of niet. De rotsen waren spekglad en er waren geen paden door het dichte regenwoud, daar kwam bij dat we allemaal nog spierpijn hadden an de tocht gisteren. Na een paar uur kwamen we toch allemaal heelhuids aan bij de waterval, het geluid van al die liters water die naar beneden kletteren in combinatie met de duizenden spettertjes die je gezicht nat maatken was heel indrukwekkend! We zwommen er naar toe, maar de stroming was heel sterk. Na wat foto-momentjes kon de terugweg beginnen, al gauw besloot iedereen om de makkelijke route te nemen. Jezelf overgeven aan de stroming van het water en op je billen met je voeten naar voren de rivier af stuiteren. We raakte de gids helaas kwijt maar kwamen optijd aan bij het rastafari-dorp. Daar stond voor iedereen een kom (uitgeholde kokosnoot) soep met rijst te wachten. Ook was er zelfgemaakte chocolade! Vers gebakken broodjes met gesmolten, pure chocola is heel lekker, mocht je het je afvragen!
Op het laatst hield Mozes, de oude rastafarie-leider een ‘toespraak’ over de rasta-vlag; rood staat voor bloed, geel voor goud en groen voor de rijke natuur. We dronken nog rietsuikersap, kokossap en bloemensap en toen moesten we de rastafari’s helaas verlaten. De terugreis door de natuur was opnieuw heel mooi, volgens mij is heel Dominica mooi.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten