De San Blas eilanden zijn precies waar je aan denkt als je je aan een tropisch eiland denkt; witte stranden en palmbomen. Ook zijn er een paar bewoonde eilanden, bewoond door de Kuna-indianen. Op het moment dat we het anker dropte kwamen er vanaf het eiland allemaal traditioneel geklede vrouwen en kinderen aan gevaren in uitgeholde boomstammen. Bij ons aan boord, haalden ze uit rijstzakken de meest kleurrijke stoffen, molats (een soort quilts) en sieraden. De markt kon beginnen!
Ze bleven die middag eten en na de afwas zijn wij in hun dorp gaan kijken. Het dorp bestond uit allemaal kleine hutjes, we mochten gerust binnen kijken. Daar hingen allemaal hangmatten en er was één bed voor het echtpaar. Aan het dak hing voor ieder gezinslid een kleerhanger met spullen en kleding, dat scheelt weer een hele hoop ruimte! Ook was er in bijna elk huisje een nest puppies te vinden die we mochten knuffelen zo veel we wilden, de meisjes werden daar vaak een beetje jaloers van en kropen de hele tijd op onze schoot.
We hebben veel gespeeld met de kinderen daar die alles wat we deden geweldig leken te vinden en op het einde zijn we met een uitgeholde boomstam gaan zeilen, dat was een hele leuke ervaring. Zelf zeilen we natuurlijk met een enorm zeiloppervlak en hebben maar liefst drie masten, nu zagen we weer even dat het principe hetzelfde blijft, je kan bij wijze van spreke ook zeilen met een bamboestok in een boomstam en twee overhemden aan elkaar genaaid als zeil!
Die avond zijn we naar een volgend eiland gegaan, onbewoond dit keer, daar hebben we mooi gesnorkeld bij een koraalrif. De andere dagen zijn we van eiland naar eiland gegaan en hebben uiteindelijk een prachtig eiland uitgekozen om een nachtje op te overnachten. Die ochtend hebben we ontbeten met geroosterde marshmallows bij een kampvuur en toen moesten we helaas (nou ja, helaas...) weer terug naar het schip om naar Panama te vertrekken!